Aansluiting bij Duitsland, voor sommigen een droom
Aansluiting bij Duitsland, voor sommigen een droom. Dit verhaal gaat over een bijzondere Ambynees: Edmond van Wintershoven alias ‘de Bond’. In Amby hebben veel excentrieke personen gewoond. Echte volksfiguren maar ook heren en dames uit de hogere klasse. Zo iemand was Edmond (Pieter Frederik Edmond) van Wintershoven. Geboren in 1822 en gestorven in 1899. Hij was een jurist en advocaat te Maastricht. Waar hij ook voorzitter was van de St. Vincentiusconferentie (armenzorg). Hij was getrouwd met Rosa Anna Hubertina Tielens en later met de baronesse Philimène Charlotte Louise Desirée Bounam de Rijckholt. Hoewel hij in Maastricht woonde en werkte had hij in Amby een buitenverblijf, zoals zoveel gegoede Maastrichtenaren, waar hij vaker verbleef. Zeker in de zomermaanden wanneer de fabrieksstank in de stad niet te harden was.
Hij had van zijn ouders de pachtboerderij Hoeve Waterrijk georven met herenhuis, gelegen aan de Ambyerstraat Noord, of beter gezegd ‘in de pin’. Deze boerderij kwam uit de familie van zijn moeder, de familie Janssens, die dit pand tijdens de Franse revolutie op bijzondere wijze in handen kregen, maar dat is een ander verhaal.
Limburg half Duits
Edmond was een liberaal katholiek. Een bijzondere tak binnen de katholieke wereld omdat deze liberalisten de scheiding tussen kerk en staat voorop hadden staan evenals zelfbeschikking. Nederland bestond nog niet lang en het was nog niet vanzelf sprekend dat Limburg bij Holland hoorde. Sterker nog, van 1839 tot 1866 hoorde Limburg én bij Nederland én was lid van de Duitse Bond. Dit kwam allemaal door het Hertogdom Luxemburg. Luxemburg maakte deel uit van de Duitse Bond. Echter, doordat België in 1839 een aanzienlijk deel van Luxemburg in bezit kreeg eiste de Duitse Bond compensatie. Limburg was voor Nederland toch maar een raar aanhangsel en ‘half Duits’ waardoor het voor de hand lag dat deze provincie bij de Duitse Bond kwam. De meeste Limburgers waren hier niet op tegen. Hoewel aansluiting bij het katholieke België de eerste keuze was geweest (maar verijdeld door de stad Maastricht en specifiek door generaal Kebets) leek Duitsland een prima alternatief. Het dialect leek op elkaar, evenals de cultuur. Ook op economisch vlak was het fijn als er een betere samenwerking kwam met Duitsland. Beter dan met die vreemde Hollanders, zo was de algemene opinie.
Edmond van Wintershoven en Alex Schoenmaeckers, twee Duitsgezinde handen op één buik
Edmond was het hier volledig mee eens. Zijn afkeer van ‘Holland’ was ongekend. Dit leidde ertoe dat hij de politiek in ging. Hij was gemeenteraadslid van Maastricht, nam deel aan de Provinciale Staten en was zelfs lid van de Tweede Kamer. Hier kwam hij op voor de Limburgse belangen. Zo leidde hij een parlementaire enquêtecommissie die onderzoek deed naar het aftappen van het Maaswater door de zuiderburen. Vergeet niet dat toentertijd de Maas de economische levensader van Limburg was. Een te laag peil legde de economie grotendeels plat. Edmond zag heil in de Duitse Bond en streed ervoor dat Limburg zich moest aansluiten bij de Duitsers. Dit leidde tot zijn bijnaam, De Bond. Dit fanatisme werd wellicht versterkt doordat een andere dorpsgenoot als Limburgs afgevaardigde plaats nam in de Duitse Bond. Dit was Alex Schoenmaeckers, woonachtig op de Withuishof op de Bergerstraat. Beide heren waren grootgrondbezitters in Amby en hadden dezelfde idealen. Ze lagen elkaar goed.
Limburg sluit u aan bij Duitsland!
1848 was het jubeljaar voor Edmond. In dit jaar werd in de Duitse Rijksdag officieel besloten dat Limburg zich maar moest afstoten van Nederland. Dit leidde tot een revolutiejaar. In Den Haag zagen ze dit met argusogen aan. Limburg was dan wel een vreemd aanhangsel, een melkkoe verliezen was niet wenselijk. De opstand die in dit jaar was ontstaan werd door veel machtsvertoon neergeslagen door het Nederlandse leger, bestaande uit 6500 man en onder leiding van de Minister van Buitenlandse Zaken. Blijkbaar was de afscheidingsbeweging in Limburg geen binnenlandse aangelegenheid. Dit onderstreept nog eens des te meer hoe ver ‘Holland’ en Limburg van elkaar af stonden.
De afkeer treedt in...
Hoezeer Edmond ook geloofde in een betere wereld zonder ‘onderdrukking’ vanuit Holland, het mocht niet baten. Gaandeweg de jaren die volgden rukte in Duitsland het protestantisme op en zo groeide binnen Limburg weerzin tegen aansluiting bij Duitsland. Dan toch maar liever Nederlands. Deze afwijzende houding van de Limburgse bevolking was een grote teleurstelling voor Edmond. In 1864 schreef hij vanuit zijn buitenverblijf Waterrijk een open brief naar de kranten, waarin hij aankondigde te stoppen met zijn politieke loopbaan. Hij was zwaar teleurgesteld als vrijheidsstrijder van Limburg. Hij had gedaan wat hij kon en dat was te weinig gebleken. Hij sprak de hoop uit dat er iemand anders was die zijn droom wel kon verwezenlijken.
Deze brief was een slotbetoog, nog één keer deed hij vurig uit de doeken waarom Limburg zich moest afscheiden, een bijzondere passage gaat over de verhoging van de bieraccijnzen. Hij beklaagde zich dat door deze accijnsverhoging Limburg haar volksdrank werd ontnomen en dat hierdoor het volk veroordeeld werd tot het ‘verflaauwend gebruik van thee en melkkost’ of tot ‘het misbruik van den verfoeijelijken jenever’!
Passage uit ingezonden brief Van Wintershoven, Venloosch weekblad, 13-04-1864
Hij eindigt strijdvaardig, met de leus: ‘aan geen Ministerie, het belang, aan geen ministerie het regt van Limburg opgeofferd!’ en de hoop dat de staten generaal de belangen vertegenwoordigd voor het gehele Nederlandse volk, inclusief de Limburgers.
1866: Het einde van de Limburgse aansluiting bij de Duitse Bond
Twee jaar na het publiceren van de brief, in 1866, deed Duitsland nog een laatste gooi naar Limburg. Otto von Bismarck eiste Limburg zelfs op. Dit liep toen met een sisser af, een jaar later werd Limburg een volwaardige Nederlandse provincie en was geen lid meer van de Duitse Bond.
Of er een verband is onbekend, maar in 1868 wordt Waterrijk van de hand gedaan door de fam. Van Wintershoven.
Met de verkoop van Waterrijk verdwijnt Edmond uit de Ambyse maatschappij en keert terug naar Maastricht. In 1899 sterft hij daar, op 77 jarige leeftijd en een illusie armer.