Toneelvereniging Vondel

Uit Amiepedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

In de loop der tijden werd op vele plaatsen, door diverse mensen en bij uiteenlopende gelegenheden toneel gespeeld.

Waren dat bijvoorbeeld in de Middeleeuwen kluchten die gespeeld werden op pleinen en vanaf kar en wagen, later gebeurde dat in heuse toneelzalen. Dat geschiedde “ter lering en vermaak” door professionele gezelschappen, maar ook door goedwillende amateurs. In dit artikel willen we iets vertellen over het amateurtoneel in Amby vanaf het begin van de 20ste eeuw. Daarvoor hebben we krantenartikelen kunnen verzamelen en mochten we twee zussen uit de familie Braeken een interview afnemen, beide lid van toneelverenigingen Vondel en het latere Vriendenkring. Met name toneelgroep Vondel vormt de hoofdmoot van dit artikel, al kan deze vereniging niet los worden gezien van de ontwikkelingen op het gebied van het amateurtoneel in Amby en de huidige toneelclub De Vriendenkring.

Toneel in vroeger jaren

Al sinds heugelijke tijd wordt toneel gespeeld. Van de Middeleeuwen is bekend dat toneel werd gespeeld op stads- en dorpspleinen. Kluchten die tijdens kermissen en jaarmarkten vanaf wagens werden gepresenteerd staan nu op de literatuurlijst van middelbare scholen. Hieruit groeiden toneelgezelschappen, die niet alleen op steeds hoger niveau ook “serieuze” stukken gingen spelen, maar ook tot professionals werden opgeleid en betaald kregen. Dat neemt niet weg dat naast deze professionals het spelen op amateurniveau is gebleven en dat ook daar het niveau t.o.v. vroegere jaren soms grote hoogten heeft bereikt.

Recensie in de Geulbode van 17 november 1950.

Meerdere toneelgroepen in Amby

In de Gazet van Limburg op 17 juni 1955: Fusie van toneelgroep K.A.J. en K.A.B tot “Uni Animo”.

Er waren in het begin van de 20ste eeuw meerdere toneelgezelschappen in Amby actief. Ze waren echter allemaal aan een andere vereniging gelieerd en bestonden niet als zelfstandige club. Uitvoeringen werden in de regel georganiseerd om de kas van de (moeder-)vereniging te spekken, om een bijdrage te leveren aan een sociale organisatie (het “priesterfonds”) of omdat er feest (bv. een verenigingsjubileum) was in het dorp. Zo bleek al vóór 1955 een toneelgezelschap te bestaan van de K.A.J.: de Katholieke Arbeiders Jeugd. Ook de K.A.B., de Katholieke Arbeiders Beweging, had een toneelafdeling. Deze gingen in 1955 samen en richtten de vereniging “Uno Animo” op.

Later- omstreeks 1960 - was er ook de toneelgroep “De Lantaarn” (regisseur Jef Piters), die toneel met en voor de jeugd speelde. Op dat moment waren er maar liefst vier toneelverenigingen in Amby. Naast beide genoemden waren er nog optredens van Vondel en De Vriendenkring. “Uno Animo” en “De Lantaarn” zijn blijkbaar in de anonimiteit verdwenen, want over hun verdere geschiedenis is niets bekend. Toneelgroep Vondel blijkt echter een belangrijk aandeel te hebben gehad in de geschiedenis van het amateurtoneel in Amby, terwijl Toneelvereniging de Vriendenkring nog steeds uitvoeringen verzorgt.

Limburgs Dagblad van 22 november 1919: een succesvolle concert- en toneelavond, waarbij de recensent een stijgend niveau constateerde.
Limburger Koerier van 16 november 1933: een concertavond met gevarieerd toneel, voordracht, pianospel en zangduet.
Aankondiging van een toneelstuk “Zijn tweede Jeugd” in de Gazet van Limburg van 17 januari 1947.

Harmonie en toneel

In Amby werd al vroeg in de 20ste eeuw toneel gespeeld. Bij de pas opgerichte Harmonie St. Walburga (oprichtingsjaar 1898) waren leden die naast musiceren ook het spelen van toneel ambieerden. Als de harmonie een concertmiddag of -avond organiseerde, werd deze vaak afgesloten met een toneelstuk, duetzang en/of pianospel. Voor duetzang werden destijds zelfs wedstrijden georganiseerd in het Zuid-Limburgse, waarvoor heel wat belangstelling was.

Alleen mannen

In de toneelgezelschappen van Amby werden in die tijd alle rollen door mannen vervuld. Vrouwen, laat staan jonge meisjes, deden volgens de toenmalige etiquette niet mee. Bij Vondel was het in de eerste jaren na 1945 Pierre Braeken die meestal voor de vrouwelijke rol in aanmerking kwam. Hij leende daarvoor de kousen, schoenen en andere kledij van zijn oudste zus Fia. In de jaren 1940-1945 waren geen toneelactiviteiten. Als men al iets wenste te organiseren, dan stond dat onder streng toezicht van de Duitse Kultuurkamer. Het is begrijpelijk dat men daar niet veel animo voor had.

De eerste vrouw op de bühne

Vlak na de oorlog, In 1945, werd Gerarda Braeken op 18-jarige leeftijd en nog thuiswonend, gevraagd om een vrouwelijke rol te vervullen in een toneelstuk van Vondel. Met name het zingen van duetten was destijds regelmatig onderdeel van een toneelavond en daarvoor was een meisjesstem onontbeerlijk. Om Gerarda te kunnen laten meespelen werd vooraf door regisseur Hubert (Bèr) Piters toestemming gevraagd aan de pastoor van het dorp. Deze kon alleen hiermee instemmen als Bèr de “volledige verantwoording” op zich nam voor het geval er “iets zou gebeuren”. Gerarda: “Nu meneer pastoor het goed vond, vond heel Amby het goed”. Zo kwam Gerarda als eerste vrouwelijke toneelspeler op de bühne te staan in de musical “Het bedrogen drietal”. In toneelspel met zang speelde zij de dochter van de baas, om wier hand gestreden werd door drie jongemannen: een bakker, een slager en een dansleraar. “Maar dorpsjongen Pierre (gespeeld door haar broer) wilde mij ook heel graag als verloofde hebben.” Het stuk werd gespeeld in de zaal boven de toenmalige jongensschool (nu kinderopvang English Childcare) en trok een zaterdag- en zondagavond, twee avonden direct achter elkaar, de belangstelling van een uitverkochte zaal. Met name Gerarda kreeg voor haar dubbele debuut (eerste dame met een rol in het toneel, haar eerste keer op de bühne) behoorlijk wat complimenten. Bèrke Braeken, vader van Gerarda en zelf ook speler bij Vondel, gaf echter in een gesprek onder vier ogen zijn dochter een dringende waarschuwing mee: “Denk eraan, het is slechts toneel, dus haal je niets in je hoofd! Het is maar spel; je gaat er niet mee verder.” Dat hoefde voor Gerarda ook niet zozeer; ze was al blij dat ze in eigen dorp toneel mocht spelen en kon zingen. Dat deed ze tot aan haar huwelijk eind 1948. Tegen die tijd waren meerdere leden van het grote gezin Braeken lid geworden van Vondel. Pa Braeken kon dus goed een oogje in het zeil houden…


Uit de Gazet van Limburg van 19 juni 1948: aankondigingen van het stuk “Jacoba van Beieren”, dat t.g.v. het gouden jubileum van de harmonie gespeeld werd door Vondel.

Jacoba van Beieren en andere stukken

Eveneens uit de Gazet van Limburg van 19 juni 1948 met een foto van de toenmalige dirigent van de harmonie dhr. L. Janssen, die toen 82 (!) jaar was.

Een van de toneelstukken van Vondel waaraan Gerarda meedeed was “Jacoba van Beieren”. Dit stuk werd opgevoerd op het erf van de Tiendschuur ter gelegenheid van het 50-jarig jubileum van de harmonie: een dorpsfeest waaraan veel plaatselijke verenigingen deelnamen.

Het stuk handelde over de Gravin van Holland, Jacoba van Beieren, die leefde van 1401 - 1436. Al op haar 16de verjaardag waren haar geliefden haar ontvallen en kreeg zij de bisschop van Luik, nota bene haar eigen oom, als tegenstander. Op 35-jarige leeftijd stierf zij in de armen van haar geliefde, met wie ze helaas niet het levensgeluk mocht kennen.

Een scene uit Jacoba van Beieren, zomer 1948. Hier wordt aan Jacoba (Gerarda Plantaz-Braeken) medegedeeld dat de stad Gorcum werd aangevallen.


Het was dus een behoorlijk dramatisch stuk, dat als “tranentrekker” veel belangstelling genoot. De scenes werden bovendien versterkt door enkele zangstukken, hetgeen zo mogelijk nog meer op het gemoed van het publiek werkte. Het prachtige decor - geschilderd door Chris Vries - met op de achtergrond de oude boerderij, maakte de Middeleeuwse setting compleet. Het publiek vond dit alles prachtig, zeker in een tijd dat je bij hoorspelen op de radio zelf je visuele beelden diende te creëren en er geen televisie was die dat voor je kon doen.

Optreden buiten het eigen dorp

Andere voorstellingen waarmee Vondel, ook in samenwerking met de in 1951 opgerichte toneelvereniging De Vriendenkring, hoge ogen gooide was “Zuster Annunciata” en “Maria Goretti”. Het waren toneelstukken met een flink dramatisch gehalte: “diep katholiek en sociaal toneelwerk” stond in de krant, waarmee men het gemoed van de toeschouwer wist aan te spreken. Ze trokken volle zalen en Vondel was hiermee ook een graag geziene gast in de naburige dorpen en in de stad.

Recensie in de Geulbode van 17 november 1950.
Recensie in de Geulbode van 6 april 1951.

Op eigen benen

Uit de Gazet van Limburg, 28 september 1951.
Groepsfoto van Vondel in 1948, met onderstaande leden (vlnr): 1ste rij: Hubert Braeken, Tiny Verhagen, Gerarda Braeken, Hubert (Bèr) Piters (regisseur), mevr. Hanssen, Lies Braeken. 2de rij: dhr. Dreessens, Jeu Slangen, Mart Wintjens, Bèrke Hermans, Bèrke Boesten, dhr. Feron, Chris Vries, Jef Damoiseaux, Pierre Braeken. 3 de rij: dhr. Wijnants, Wim Aerts, Jean Gijbels, dhr. Hovens, Bèr Cuenen, Wiel Meijers. 4de rij: Jules Duijckers, dhr. Peerboom, soldaat dhr. Meijers, (onbekend; lid uit het Witte Vrouwenveld), Lei Hanssen.

In 1951 vond Vondel het tijd worden om meer op eigen benen te gaan staan. Tot dan stond de toneelclub onder het bestuur van Harmonie St. Walburga, maar men kreeg meer de behoefte om het eigen reilen en zeilen zelf te gaan bepalen. Vondel werd weliswaar zelfstandig en kreeg een eigen bestuur, maar bleef als “onderafdeling” toch de band met de harmonie behouden.

1951: Oprichting van De Vriendenkring

In 1951 werd Toneelvereniging de Vriendenkring opgericht. Met name leden van voetbalclub RKASV kregen belangstelling om naast voetbal ook toneel te gaan spelen, zoals de broers Van der Linden, Jef (Pitsje) Smeets, Jef Claessens e.a. In die tijd bestonden dus in Amby twee grotere toneelverenigingen naast elkaar. Gelukkig was de onderlinge concurrentie niet al te groot, want leden uit beide verenigingen speelden samen enkele grote stukken.

Bung (Boeng) Toni

Op deze foto's zijn drie scenes te zien uit het toneelstuk Bung Toni, handelend over “onze jongens in Indonesië” in de periode direct na de Tweede Wereldoorlog. We zien o.a. Tila Braeken, Tiny Verhagen, zusjes Peerboom, Urbain van der Linden, Jeu Slangen, Hub Geelen, Huub Braeken, Né Vries, Frans Braeken.
Toneelscene Bung Toni 01.jpg
Toneelscene Bung Toni 03.jpg

Een goed voorbeeld van deze samenwerking is de opvoering van het stuk “Bung Toni” (of “Boeng Toni”). Dit toneelstuk handelde over de ervaringen van “onze Nederlandse jongens in Indonesië”. Chris Vries, schilder van beroep en inmiddels echtgenoot van Lies Braeken, stak veel uren van zijn vrije tijd aan het meebouwen en m.n. het schilderen van geweldige decorstukken. De bedoeling was dat ook dit stuk ook een keer zou worden opgevoerd op het erf van de Tiendschuur. Helaas kon dit door het slechte weer niet door gaan en werd in allerijl het decor heropgebouwd op de bühne van de zaal boven de voormalige jongensschool. Een ander akkefietje was dat het stuk zou worden opgevoerd op een doordeweekse werkdag: een vrijdag. Moeilijk, want vrijwel alle spelers/speelsters moesten vrijaf vragen op hun werk. Dat lukte bij iedereen, behalve bij een van de hoofdrolspeelsters: Tila Braeken. Zij werkte bij stoomwasserij De Lely aan de Duitse Poort in Maastricht. Haar leidinggevenden waren streng en weigerden Tila een vrije dag te geven. Door bemiddeling van de toenmalige burgemeester van Amby is het echter toch gelukt Tila haar zo ijverig ingestudeerde rol te laten vervullen.

Uit de Gazet van Limburg 7 mei 1955: samenwerking van Vondel en Vriendenkring bij het toneelstuk Boeng Toni.

Naar één vereniging

Bij een eerste jubileum van De Vriendenkring werd dit kaartje afgegeven door oud-regisseur Bèr Piters.

Omstreeks 1955 ging toneelclub Vondel op in De Vriendenkring. Inmiddels was ook Vondels regisseur Bèr Piters opgevolgd door Jef Verstegen, die jarenlang niet alleen De Vriendenkring aanstuurde, zelf vaker meespeelde en daarnaast ook nog de regie ter handen nam van carnavalszittingen van CV de Sjlaaibok. Daarvoor werd in die tijd, zeker voor latere begrippen, een nogal “straffe hand” gevraagd, maar dat leverde wel resultaat!

Gazet van Limburg 8 november 1952: een nieuwe toneelzaal in Amby.

Eind 1953 werd Gerarda Plantaz-Braeken weer opnieuw gevraagd te komen spelen, maar nu bij De Vriendenkring. Met name voor het stuk “De Rebel” was een wat ervaren vrouwelijke rol nodig, die niet door een jong meisje gespeeld kon worden. Dit stuk werd opgevoerd in de zaal van café-restaurant Kampzicht aan de Severenstraat, waar de omstandigheden voor en achter de bühne beter waren dan in de zolderzaal van de jongensschool. Deze nieuwe zaal, later beter bekend onder de naam “zaal Lemmelijn”, werd in 1952 opgeleverd. Voor Gerarda was dat de tweede fase in haar ruim 50-jarige carrière als amateurspeelster.

De oorspronkelijke zaal van de Amyerhoof

Professionalisering

Door de ontwikkelingen in de tijd zijn de omstandigheden voor toneelspel in de loop der tijd behoorlijk gewijzigd. Uit interesse, om zich te “meten” met zusterverenigingen, maar ook om het eigen niveau te verbeteren deed De Vriendenkring al vlot na oprichting mee aan Zuid-Limburgse toneelwedstrijden. Er bestonden al langer “voordrachten en duettenwedstrijden”, maar nu werd dit professioneler aangepakt en wel door organisaties als “het Landjuweel”, “Limburgse toneeldagen” of “de Limburgse federatie voor amateurtoneel”. Deze laatste schafte in 2009 de “Toneeldag van de Limburgse Federatie Amateurtoneel” af, maar de uitreiking van toneelprijzen voor amateurspelers - het jaarlijkse hoogtepunt van de Toneeldag – vond vanaf toen plaats in het theater te Roermond. Voor amateurspelers worden tegenwoordig lessen en workshops georganiseerd. Men kan hiervoor en voor adviezen terecht op de nationaal erkende toneelschool van Maastricht. Mensen met belang voor regie kunnen er een cursus volgen en ook “een kijkje nemen in andermans keuken” behoort tot de mogelijkheden om toneelprestaties te verbeteren.

Toneelstuk "De Rebel" met Gerarda Plantaz-Braeken, Jef Verstegen (tevens regisseur), Tila Schreurs-Braeken, Mia Verstegen, Jef Smeets, Frans Braeken, (?), Albert Schreurs (souffleur), Albert Verstegen, Jeu Slangen, Urbain van der Linden, Huub Geelen, Jo Braeken, Toes (?) van der Linden.


Een ander belangrijk facet is dat door de bouw van gemeenschapshuis Amyerhoof (1968) de toneelvereniging de beschikking kreeg over een ruime zaal met schmink-, omkleed- en wasruimten alsmede een goede licht- en geluidsinstallatie. Dit werkt uiteraard bevorderlijk voor de vereniging, zowel voor haar spelende leden als de decorbouwers en andere technici, terwijl het publiek in een goede accommodatie kan worden ontvangen. Een andere kentering is dat in de beginjaren de meeste toneelstukken nog steeds een hoog “dramatisch” gehalte hadden en werden gespeeld in het zgn. Algemeen Beschaafd Nederlands. Langzaamaan werd bij spelers en publiek de belangstelling voor een “luchtige klucht” groter en werden deze gaandeweg meer in het dialect gespeeld, hetgeen de humor bevorderde. De volgende stap in deze ontwikkeling was dat het presenteren van “serieus” toneel (drama) ook goed in het eigen dialect aanslaat, met de ervaring dat dialect en humor niet onlosmakelijk of persé met elkaar verbonden zijn.


Voor wie geïnteresseerd is in “ons” Ambys amateurtoneel verwijzen we graag naar de website van toneelvereniging De Vriendenkring: https://toneelvereniging-de-vriendenkring-amby.nl/

Trivia

* Bijzondere foto

Foto uit het toneelstuk "De verliefde Voorzanger"
Op de achterkant van de fotolijst plakte dit briefje met bijpassende tekst uit het toneelstuk

Deze foto werd door dhr. Henk Boesten (Ambyerstraat, Rothem) aan de redactie van Amiepedia gepresenteerd. De foto dateert van voor de Tweede Wereldoorlog, in een tijd dat bij het (amateur-)toneel de vrouwelijke rollen werden gespeeld door mannen of jongens. Dhr. Boesten heeft er de volgende omschrijving bij:


"De foto van “De Verliefde Voorzanger” werd mij aangereikt door Dhr. Blaszek. Na het overlijden van Ber Pieters (regisseur bij toneelvereniging Vondel of een voorloper hiervan) kreeg hij de opdracht om de foto te overhandigen aan iemand die daar blij mee zou zijn. Toen Dhr. Blaszek mij deze foto liet zien was ik verbijsterd. De persoon aan de linkerzijde leek verdomd veel op mij in mijn jongere jaren. Het was mijn vader Ber Boesten die de rol van Annetje vertolkte in deze voorstelling. Ber Boesten en Ber Pieters zijn jarenlang lid geweest van de harmonie in Amby. Daarbij zorgden zij er ook voor dat de kas gespekt werd middels toneelvoorstellingen."











* Feestgids harmonie 1948

Feestgids 50 jaar harmonie in 1948

Ter gelegenheid van haar 50-jarig jubileumfeest gaf Harmonie St. Walburga een feestgids uit. Daarin werd melding gemaakt van het feestprogramma, waarvan het toneelstuk “Jacoba van Beieren” een van de hoogtepunten was. Op bijgaande pagina’s van deze gids staat o.a. de rolbezetting en de inhoud van het verhaal te lezen. Bij de medewerkers zien we de naam "kapper Fransen" staan, die de kapsels verzorgde en jarenlang de vaste toneelgrimeur was.

Het Feestprogramma
Veel medewerkers en rolbezetting van Jacoba van Beieren
De korte inhoud van het verhaal
Vervolg van de inhoud





* Toneel in 1926

In de Limburger Koerier van 4 februari 1926 stond onderstaand bericht. Ook toen werd er toneel gespeeld, volgens het bericht afgewisseld met duetzang en muzikale bijdrage van harmonie "St. Walburgia". Opvallend is ook de vermelding van de naam "De Vereenigde Vrienden", die een associatie legt met de naam "Vriendenkring" van tegenwoordig.

Recensie in de Limburger Koerier, 4 februari 1926.